De wachttijden voor sociaal-medische beoordelingen bij UWV zijn in 2025 opnieuw toegenomen. Door het overschrijden van wettelijke termijnen moest de organisatie in de eerste acht maanden van dit jaar 16,8 miljoen euro aan dwangsommen uitbetalen. Dat is een forse stijging ten opzichte van dezelfde periode in 2024, toen het totaal 11,2 miljoen euro bedroeg.
Achterstand in sociaal-medische beoordelingen
Volgens de cijfers wachtten eind augustus ongeveer 23.200 mensen langer dan de wettelijke beslistermijn van acht weken op een beoordeling. Binnen deze groep waren 5.500 mensen die zelfs meer dan een half jaar moesten wachten. De oplopende achterstanden zijn een direct gevolg van de beperkte beschikbaarheid van verzekeringsartsen, waardoor beoordelingscapaciteit onder druk staat.
Tegelijkertijd nam het aantal aanvragen voor een WIA-uitkering toe. In de eerste acht maanden van 2025 kwamen er 62.300 aanvragen binnen. Deze stijging, gecombineerd met de al bestaande achterstanden, vergroot de druk op het systeem.
Financiële gevolgen en hoogte van dwangsommen
Wanneer UWV niet binnen de wettelijke termijn een besluit neemt, heeft een aanvrager recht op een dwangsom. Deze loopt op naarmate de vertraging oploopt en kan oplopen tot maximaal 1.442 euro per persoon. De optelsom van deze bedragen leidt tot de sterke financiële stijging die UWV in 2025 rapporteert.
De organisatie benadrukt dat het structurele tekort aan verzekeringsartsen naar verwachting ook de komende periode invloed blijft houden op de beoordelingscapaciteit.
n tot maximaal 1.442 euro wanneer de wettelijke beslistermijnen worden overschreden.
Lees het volledige artikel bij NU.nl.