Een ongunstig psychosociaal werkklimaat is een belangrijk risico voor de gezondheid en de kwaliteit van leven van werkenden, zowel voor het dagelijks welzijn op het werk als voor de duurzaamheid van het werkleven. Ongunstige psychosociale arbeidsomstandigheden, zoals agressie en geweld, arbeidsconflicten, seksuele intimidatie, pesten en werkdruk, zijn gerelateerd aan een verhoogd risico op hartziekten, diabetes, aandoeningen aan het bewegingsapparaat en psychische aandoeningen zoals burn-out[1-6].
Het vaststellen van de mate van psychosociale arbeidsbelasting is een toenemend en terugkerend thema in het dagelijkse werk van de arbeidsdeskundige. Dit betreft zowel individuele casuïstiek als casuïstiek op groepsniveau, bijvoorbeeld in een organisatie of een afdeling.
Al jarenlang bestaan er wetenschappelijke instrumenten waarmee de psychosociale arbeidsbelasting in kaart kan worden gebracht, maar deze instrumenten raken verouderd door de ontwikkelingen van de werkcontext en de arbeidsmarkt. In de maatschappij is veel veranderd en de huidige vormgeving van het werk is complexer dan tien jaar geleden. Denk hierbij aan onder andere de 24-uurs economie en de flexibilisering van arbeid. Huidige instrumenten zijn daarom niet langer geschikt voor gebruik door arbeidsdeskundigen om psychosociale arbeidsbelasting volledig en adequaat in kaart te brengen.
Een potentieel geschikte vragenlijst voor het meten van psychosociale arbeidsbelasting in de hedendaagse werkcontext is de recent ontwikkelde en gevalideerde ‘Danish Psychosocial Work Environment Questionnaire’ (DPQ)[7]. Deze Deense vragenlijst is ontwikkeld door onderzoekers van het National Research Centre for the Working Environment (NRCWE) in Kopenhagen en heeft tot doel psychosociale arbeidsomstandigheden op de werkplek binnen verschillende organisatieniveaus in kaart te brengen, dat wil zeggen op individueel, groeps- en organisatieniveau. De vragenlijst concentreert zich op factoren in het psychosociale werkklimaat die gebaseerd zijn op verschillende wetenschappelijke theorieën, zoals het Job Demands Control (Resources) Model[8,9], het ‘effort-reward imbalance’ model (ERI) [10] en het Werkstressoren, Energiebronnen en Burnout (WEB) model [11].
De vragenlijst deelt het psychosociale werkklimaat op in 38 dimensies verdeeld over vijf domeinen:
Organisatie en inhoud van het werk
Werkeisen
Onderlinge relaties met collega’s en het management
Conflicten op het werk
Beleving van de werksituatie
Een overzicht van de domeinen met de bijbehorende dimensies van de DPQ is te vinden in bijlage 1.